De toekomst van HR: wijzigingen voor 2025
Het kabinet focust in 2025 op bestaanszekerheid en verbetering van maatschappelijke samenhang. In de praktijk wordt de WW korter en krijgen grote werkgevers geen compensatie meer voor de transitievergoeding van zieke werknemers. Bijgaand een overzicht met wijzigingen waar HR-professionals in 2025 rekening mee moeten houden.
Hervorming van de arbeidsmarkt
Het kabinet richt zich met een arbeidsmarktpakket op meer werkzekerheid voor flexwerkers en zelfstandigen, een moderner concurrentiebeding, en een inclusievere arbeidsmarkt voor mensen met een arbeidsbeperking. Flexibele contracten worden beperkt, en er komen strengere regels voor nulurencontracten en uitzendwerk. Het kabinet streeft naar een evenwichtige arbeidsmarkt en meer zekerheid voor werkenden. De bestaande Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) wordt uiterlijk in 2025 geëvalueerd.
Er komt duidelijke regelgeving voor de positie van zelfstandigen en een aanpak van schijnzelfstandigheid. Ook wordt een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen ingevoerd. Er komen daarvoor twee wetten aan: de Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (Vbar) en de Wet meer zekerheid flexwerkers. Doel van beide wetten is in essentie om schijnzelfstandigheid tegen te gaan en werknemers meer zekerheid te bieden.
In 2025 wordt uitvoering gegeven aan de ontwikkelagenda gelijke kansen. Werkgevers kunnen ondersteuning krijgen als zij objectief gaan werven en selecteren, zodat iedereen gelijke kansen krijgt op een baan. Samen met de SER en werkgeversorganisaties zal deze agenda verder worden ontwikkeld. Hiervoor is jaarlijks een budget van 1 miljoen euro beschikbaar.
De arbeidsmarktdienstverlening wordt verbeterd door hervorming van de arbeidsmarktinfrastructuur met publiek-private samenwerking en dienstverlening aan werkenden, werkzoekenden en werkgevers. Ook wordt de dienstverlening beter door de vorming van 35 Werkcentra in de arbeidsmarktregio’s.
Verder wil de minister van SZW in 2025 de discussie starten over welke soorten werk we nog (moeten) willen in Nederland. Want sommige sectoren drijven bijna geheel op arbeidsmigranten en de vraag is of dat werk voldoende bijdraagt aan onze welvaart. Voorop staat dat misstanden en uitbuiting van arbeidsmigranten altijd moeten worden bestreden. In het voorjaar zal het kabinet een eerste inventarisatie van mogelijke verbeteringen voor de arbeidsmarkt presenteren.
WW op de schop en korter (naar 18 maanden)
In het hoofdlijnenakkoord is een bezuiniging op de WW afgesproken. Daarvoor worden verschillende opties onderzocht, zoals het verlengen van de opzegtermijn bij arbeidsovereenkomsten in combinatie met een poortwachterstoets WW bij het UWV. Ook staat een verkorting van de WW-duur tot 18 maanden op de rol. De bedoeling is dat het eenvoudiger wordt voor de WW-gerechtigde, de werkgever en de uitvoeringsorganisaties.
WW-gerechtigden hebben een sollicitatieplicht. Die wordt momenteel onderzocht, waarbij wordt gekeken naar de effectiviteit van diverse varianten van deze inspanningsplicht. De eerste tussentijdse resultaten van het onderzoek worden pas medio 2027 verwacht.
Compensatie transitievergoeding alleen nog voor kleine bedrijven
Sinds 1 april 2020 worden alle werkgevers gecompenseerd voor de transitievergoeding die zij moeten betalen bij ontslag van een werknemer die daarvoor twee jaar ziek was. Deze compensatieregeling wordt vanaf 1 juli 2026 beperkt tot kleine werkgevers (minder dan 25 werknemers). Werkgevers met 25 of meer werknemers worden vanaf dan niet meer gecompenseerd.
Expats blijven toch welkom met 27-procentregeling
Waar het kabinet het aantal arbeidsmigranten wil verminderen, geldt dat niet voor mensen uit het buitenland die veel kunnen toevoegen aan de economie, door hun unieke kennis en vaardigheden. Ook moet ons land aantrekkelijk blijven voor buitenlandse bedrijven die zich hier willen vestigen. Het vorige kabinet heeft de expatregeling ingeperkt, op voordracht van de nieuwe Tweede Kamer. Maar dat wordt nu grotendeels ongedaan gemaakt. Vanaf 2027 geldt 5 jaar lang een aftrekpercentage van 27% (was eerder nog wel 30 procent). De salarisnorm wordt verhoogd van € 46.107 naar € 50.436. Ook voor werknemers onder de 30 jaar met een masteropleiding, wordt de salarisnorm verhoogd.
Lage-inkomensvoordeel (LIV) en loonkostenvoordelen (LKV)
In 2025 en 2026 vinden wijzigen het lageinkomensvoordeel (LIV) en de loonkostenvoordelen (LKV). Op 1 januari 2025 wordt het LIV afgeschaft, maar in dat jaar vindt nog wel de betaling plaats van het LIV over 2024.
Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten
Al sinds 2013 is het de bedoeling om mensen met een arbeidsbeperking aan werk te helpen bij reguliere werkgevers. Met de sociale partners is afgesproken 125.000 banen voor deze doelgroep te creëren. Dat is nog niet gelukt; vooral de overheidswerkgevers lukt het niet goed om hieraan te voldoen. Er zijn al stappen aangekondigd om de banenafspraak te verbeteren, onder meer door verbreding van de doelgroep met vergelijkbare mensen. Ook wordt het beschikbaar stellen van loonkostensubsidie in de WIA, WW en de Wajong uitgewerkt.
Arbomaatregelen
Het kabinet werkt aan een goed functionerende arbeidsmarkt waarin werkenden veilig en gezond kunnen werken. Het ziekteverzuim is gedaald van 5,6% in 2022 naar 5,3% in 2023. Uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) blijkt dat in 2023 het aandeel werknemers dat heeft verzuimd is afgenomen.
Preventie van arbeidsongevallen en psychosociale belasting zijn daarbij belangrijke speerpunten.
Nog in 2024 moet de Eindevaluatie Meerjarenprogramma RI&E gereed zijn. Hierdoor komt er in 2025 zicht op het effect van de meerjarige aandacht voor de Risico Inventarisatie & Evaluatie en op de mogelijkheden om de ontwikkelde instrumenten een definitieve plek te geven in het beleid.
Koopkrachtmaatregelen
- Gemiddeld gaat iedereen er met 0,7% op vooruit in 2025. Het kabinet ondersteunt kwetsbare groepen en werkende middeninkomens met een pakket dat onder meer belastingverlagingen en verhogingen van toeslagen bevat, en verlaagt het eigen risico in de zorg. De eerste schijf inkomstenbelasting die geldt bij een inkomen tot € 38.441 per jaar wordt verlaagd naar 35,82%. Er komt daarnaast een tweede schijf van 37,48% die geldt bij een inkomen tussen de € 38.441 en € 76.817 per jaar. Werkenden en AOW’ers houden hierdoor netto meer over in 2025.
- De algemene heffingskorting (AHK) wordt verlaagd met € 335 per jaar. Daarnaast wordt het afbouwpunt verhoogd naar minimumloonniveau.
- Het kindgebonden budget (WKB) stijgt met maximaal € 184 per kind per jaar.
- Vanaf 2026 wordt de huurtoeslag vereenvoudigd en verhoogd. De eerste stappen voor vereenvoudiging worden gezet in 2025, waardoor een deel van de huishoudens met huurtoeslag een hogere toeslag ontvangt.
Tot slot.
Vragen over bovenstaande veranderingen? Neem contact op voor meer informatie!
Je kunt ons bereiken via hr@esvegroep.nl of telefonisch op 06 – 42 39 12 10
Bron:
Niet beschikbaar